Dag 1 chaos, duisternis en licht
Dag 2 water en lucht
Dag 3 plantenwereld
Dag 4 dag en nacht
Dag 5 vogels en vissen
Dag 6 dieren en mens
 Rust, volmaaktheid
Inge Ikink: Het Scheppingsverhaal detail
Inge Ikink: Het Scheppingsverhaal detail
Inge Ikink: Het Scheppingsverhaal
Inge Ikink: Het Scheppingsverhaal

Het scheppingsverhaal  ( Genesis  1: 1-2: 7, verkorte versie)

1 :  In het begin schiep God hemel en aarde. De aarde was woest en duister. God zei: “Er moet licht komen” en er was licht. Het licht noemde hij dag , de duisternis nacht. Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag.

2 : God zei: “Er moet midden in het water een gewelf komen dat de watermassa’s van elkaar scheidt. Het gewelf noemde hij hemel. Het werd avond en het werd morgen. De tweede dag.

3 : God  noemde het droge aarde en het samengestroomde water zee. En God zag dat het goed was. God zei:”Overal op aarde moet jong groen ontkiemen, planten en bomen”. Het werd avond en het werd morgen. De derde dag.

4 : God zei:” Er moeten lichten aan het hemelgewelf komen om de dag te scheiden van de nacht”. Zon, maan en sterren geven de seizoenen aan en de dagen en de jaren. En God zag dat het goed was. Het werd avond en het werd morgen. De vierde dag.

5  : God zei:” Het water moet wemelen van levende wezens en boven de aarde moeten vogels vliegen”. God zegende ze met de woorden:” Wees vruchtbaar en word talrijk”. Het werd avond en het werd morgen. De vijfde dag.

6 : God zei: “De aarde moet allerlei levende wezens voortbrengen: vee, kruipende dieren en wilde dieren”. En zo gebeurde het. En God zei:” Laten wij mensen maken die ons evenbeeld zijn”. En God schiep de mens als zijn evenbeeld, man en vrouw, zegende hen en zei:”Wees vruchtbaar en word talrijk, bevolk de aarde en zorg goed voor alles”. En God zag dat het zeer goed was.  Het werd avond en het werd morgen. De zesde dag.

7: Zo werden hemel en aarde in al hun rijkdom voltooid. Op de zevende dag rustte God van al het werk dat hij gedaan had.  God zegende de zevende dag en verklaarde die heilig.

In den beginne…toelichting

De verbeelding van het scheppingsverhaal in zeven panelen is het resultaat van een zoektocht. In mijn werk komen regelmatig cirkels en balletjes voor. En ik wilde eens onderzoeken waar dat vandaan kwam…Het begon heel klein en eindigde groot…

De cirkel staat voor heelheid en is een afgerond geheel. Het houdt iets binnen of sluit juist iets buiten. Overal ter wereld zijn cirkels te vinden die een bijzondere betekenis hebben. Dat varieert van verkeersborden tot enorme graancirkels. En wat te denken van de trouwring of het medicijnwiel bij de indiaanse volkeren. Het mooie en tegelijkertijd bijzondere is dat mensen waar ook ter wereld dezelfde symbolische betekenis aan de cirkel geven. Het is een oervorm, die je begrijpt zonder uitleg. Datzelfde gebeurt bij oerverhalen: beelden die worden opgeroepen door het verhaal beroeren ons en worden onbewust generaties lang doorgegeven.

Het is dus niet verwonderlijk dat ik via mijn cirkelonderzoek uitkom bij een van de oudste verhalen die er zijn: het eerste scheppingsverhaal in Genesis, het verhaal waarmee de bijbel begint. Het is een eeuwenoud en universeel verhaal. De mens wil al zolang wij ons kunnen heugen weten waar wij vandaan komen en hoe de aarde is ontstaan. Overal ter wereld zijn scheppingsverhalen, waarin antwoorden worden gegeven op deze vragen. Voor mij vormen al deze verhalen één geheel. Dat komt tot uitdrukking in de zevende dag waar tekstfragmenten uit de Bijbel, de Koran en de Baghavad Gita zijn opgenomen, die in drie talen de volmaaktheid van de schepping prijzen. Het is een oerverhaal, waarvan wij allen deel uit maken.

Opvallend in het scheppingsverhaal is de tweedeling, die in elke dag zit: licht en duisternis, aarde en lucht, vogels en vissen. Het zijn de Yin en Yang uit het boeddhisme. Het is een tweedeling die elkaar aanvult. De een kan niet zonder de ander bestaan. Ons hele denken en leven wordt bepaald door dualismen: hemel en hel, leven en dood, mooi en lelijk. Zij bepalen het kader waarbinnen wij leven, net zoals cirkels een kader bepalen. Een scheppingsverhaal biedt ook een kader.

De gebruikte materialen passen bij de dag. De chaos, duisternis en licht (panelen 1 en 4) komen tot hun recht in oude metalen, als koper en lood. Gips ( paneel 2) wordt pas gips als het poeder met water is vermengd.  De plantenwereld bestaat uit hout, zaden en bladeren ( paneel 4). Vogels en veren spreken voor zich,  wemelende vissen worden verbeeld in glinsterend materiaal ( paneel 5) en de mens tenslotte, vindt zijn vorm in leer, evenals de grote dieren. Paneel 7 staat voor rust en volmaaktheid, helderheid en eenheid. De panelen zijn onderling verbonden door het gebruik van dezelfde materialen, die telkens terugkeren, zichtbaar of onzichtbaar. Ze staan hoog op constructies van bamboe bonenstokken (groei symboliserend), waardoor het geheel een monumentale vorm krijgt. Het zijn schilden van de verbeelding, wachters van de geschiedenis.

Door de veelheid toont zich de eenheid.

Inge Ikink

MENU